5 Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de vertegenwoordigers van de verdachte rechtspersoon het bewezen verklaarde hebben bekend en er ten aanzien hiervan geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond van de bewijsmiddelen is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte rechtspersoon het onder 1 en 2 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
1
Zij op 10 februari 2023 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg,
als werkgever,
opzettelijk, handelingen heeft verricht en nagelaten in strijd met de Arbeidsomstandighedenwet en de daarop berustende bepalingen,
immers heeft verdachte toen en daar op een arbeidsplaats gelegen aan [adres] , door werknemer [slachtoffer] , arbeid laten verrichten, bestaande die arbeid uit - zakelijk weergegeven - het met behulp van een hoogwerker uitvoeren van gevelreinigingswerkzaamheden met een hogedrukspuit, terwijl niet was/werd voldaan aan
- artikel 3 lid 1 van de Arbeidsomstandighedenwet, immers had verdachte niet gezorgd voor de veiligheid en de gezondheid van genoemde werknemer, inzake alle met de arbeid verbonden aspecten en daartoe niet een beleid gevoerd dat is gericht op zo goed mogelijke arbeidsomstandigheden en daarbij niet, gelet op de stand van de wetenschap en professionele dienstverlening, de arbeid zodanig heeft georganiseerd dat daarvan geen nadelige invloed uitging op de veiligheid en gezond van genoemde werknemer, aangezien aan [slachtoffer] een afgekeurde hoogwerker ter beschikking was gesteld voor bedoelde werkzaamheden en die hoogwerker niet was voorzien van outriggers om de hoogwerker te stabiliseren en niet was voorzien van een mogelijkheid om de wielen te remmen/te blokkeren en niet was voorzien van een nivelleringsbel om de hoogwerker waterpas te zetten en die hoogwerker niet conform de door de fabrikant opgestelde gebruikershandleiding (Genie Easy-Up EU-19P AC-DC) was opgesteld en gebruikt en
- artikel 5 lid 1 van de Arbeidsomstandighedenwet, immers had verdachte bij het voeren van het arbeidsomstandighedenbeleid nagelaten schriftelijk in een inventarisatie en evaluatie vast te leggen welke specifieke risico’s het werken met behulp van een hoogwerker in combinatie met hogedrukspuit met zich brengen en
- artikel 8 lid 1 van de Arbeidsomstandighedenwet, immers had verdachte nagelaten ervoor te zorgen dat genoemde werknemer doeltreffend werd ingelicht over de te verrichten werkzaamheden, te weten - zakelijk weergegeven - het met behulp van een hoogwerker reinigen van de gevel met een hogedrukspuit en de daaraan verbonden risico’s, alsmede over de maatregelen die erop gericht zijn deze risico’s te voorkomen of te beperken en beschikte genoemde werknemer niet over het voor het bedienen van deze hoogwerker vereiste IPAF Certificaat Categorie 1a en
- artikel 8 lid 4 van de Arbeidsomstandighedenwet, immers had verdachte nagelaten toe te zien op de naleving van de instructies en voorschriften gericht op het voorkomen of beperken van de in artikel 8 lid 1 van de Arbeidsomstandighedenwet genoemde risico’s; verdachte had nagelaten erop toe te zien dat het gebruikte arbeidsmiddel (de hoogwerker) op de juiste voorgeschreven wijze werd gebruikt en
- artikel 7.3 lid 2 Arbeidsomstandighedenbesluit, immers had verdachte een hoogwerker, zijnde een arbeidsmiddel die op die arbeidsplaats ter beschikking werd gesteld, niet uitsluitend gebruikt voor op de wijze en op de plaats waarvoor deze was bestemd, aangezien de door verdachte ter beschikking gestelde hoogwerker – zakelijk weergegeven – niet conform de door de fabrikant opgestelde gebruikershandleiding (Genie Easy-Up EU-19P AC-DC) was opgesteld, waarmee niet werd voorkomen dat het gebruik van dat arbeidsmiddel gevaren voor de veiligheid en gezondheid van die werknemers opleverde en
- artikel 7.4 lid 1 en lid 3 van het Arbeidsomstandighedenbesluit, immers bestond het arbeidsmiddel, te weten de hoogwerker, waarmee bedoelde arbeid plaatsvond, niet uit deugdelijk materiaal en was de hoogwerker niet zodanig geplaatst en werd niet zodanig gebruikt dat het gevaar dat zich een ongewenste gebeurtenis, zoals omvallen en/of kantelen, zoveel mogelijk werd voorkomen, aangezien bedoelde hoogwerker – zakelijk weergegeven – niet was voorzien van outriggers om de hoogwerker te stabiliseren en niet was voorzien van een mogelijkheid om de wielen te remmen/te blokkeren en niet was voorzien van een nivelleringsbel om de hoogwerker waterpas te zetten en
- artikel 7.4a lid 3 van het Arbeidsomstandighedenbesluit, immers had verdachte nagelaten een arbeidsmiddel, te weten de hoogwerker, dat onderhevig is aan invloeden die leiden tot verslechteringen welke aanleiding kunnen geven tot het ontstaan van gevaarlijke situaties, zo dikwijls dit ter waarborging van de goede staat noodzakelijk is, te keuren,
terwijl daardoor, naar zij redelijkerwijs moest weten, levensgevaar of ernstige schade aan de gezondheid van werknemer [slachtoffer] ontstond of te verwachten was;
2
Zij op 10 februari 2023 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg,
aanmerkelijk onvoorzichtig en nalatig heeft gehandeld door gevelreinigingswerkzaamheden met een hogedrukspuit te laten verrichten met een hoogwerker door [slachtoffer] terwijl,
- in strijd met de gebruikshandleiding van de hoogwerker (Genie Easy-Up EU-19P AC-DC) geen outriggers aanwezig waren en geen mogelijkheid aanwezig was om de wielen te remmen/blokkeren en- genoemde hoogwerker zodanig was opgesteld dat omvallen en/of kantelen niet werd voorkomen aangezien deze niet was voorzien van outriggers om de hoogwerker te stabiliseren en de mogelijkheid om de wielen te remmen en/of te blokkeren en niet was voorzien van een nivelleringsbel om de hoogwerker waterpas te zetten en- genoemde hoogwerker niet gekeurd was en in slechte staat was en- aan die [slachtoffer] voor het uitvoeren van die werkzaamheden onvoldoende instructie te geven inhoudende dat bij het verrichten van werkzaamheden in de hoogwerker outriggers gebruikt moeten worden en de hoogwerker waterpas gezet moet worden en genoemde [slachtoffer] niet beschikte over het vereiste IPAF Certificaat Categorie 1a voor het bedienen van die hoogwerker
- onvoldoende toe te zien dat de hoogwerker tijdens die werkzaamheden op de juiste voorgeschreven wijze werd gebruikt,
waardoor het aan haar schuld te wijten is dat dat [slachtoffer] bij het gebruik van die hoogwerker voor die gevelreinigingswerkzaamheden met een hogedrukspuit ten val is gekomen, waardoor [slachtoffer] zodanig letsel, te weten meerdere schedelbreuken en bloedingen rondom de hersenen en verlies van hersenweefsel door het rechteroor, heeft bekomen dat hij aan de gevolgen daarvan is overleden.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte rechtspersoon moet daarvan worden vrijgesproken.
13 Beslissing
De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte rechtspersoon de onder 1 en 2 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte rechtspersoon meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte rechtspersoon daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte rechtspersoon strafbaar;
veroordeelt de verdachte rechtspersoon tot een geldboete van € 100.000,00 (honderdduizend euro),
bepaalt dat van deze geldboete een gedeelte, groot € 50.000,00 (vijftigduizend euro), niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op 2 (twee) jaren;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft;
stelt als algemene voorwaarde:
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
beslist ten aanzien van de voorwerpen, geplaatst op de lijst van inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, als volgt:
- verklaart onttrokken aan het verkeer: de hoogwerker;
[benadeelde 1]
veroordeelt de verdachte rechtspersoon om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij [benadeelde 1] , te betalen een bedrag van € 30.000,00 (zegge: dertigduizend euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 10 februari 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt de verdachte rechtspersoon in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
wijst af het door de benadeelde partij meer of anders gevorderde;
legt aan de verdachte rechtspersoon de maatregel tot schadevergoeding op, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde 1] te betalen € 30.000,00 (hoofdsom, zegge: dertigduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 februari 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening;
[benadeelde 2]
veroordeelt de verdachte rechtspersoon om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij [benadeelde 2] , te betalen een bedrag van € 27.500,00 (zegge: zevenentwintigduizend vijfhonderd euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 10 februari 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt de verdachte rechtspersoon in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
wijst af het door de benadeelde partij meer of anders gevorderde;
legt aan de verdachte rechtspersoon de maatregel tot schadevergoeding op, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde 2] te betalen € 27.500,00 (hoofdsom, zegge: zevenentwintigduizend vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 10 februari 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.M. Havik, voorzitter,
en mrs. C.M. Derijks en L.B. Esser, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. J. Knook, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op 2 mei 2025.
De jongste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Aan de verdachte rechtspersoon wordt ten laste gelegd dat
1
Zij op of omstreeks 10 februari 2023 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg, althans in Nederland,
al dan niet opzettelijk, (een) handeling(en) heeft verricht en/of nagelaten in strijd met de Arbeidsomstandighedenwet en/of de daarop berustende bepalingen,
immers heeft verdachte toen en daar op een arbeidsplaats gelegen aan [adres] , door werknemer [slachtoffer] , arbeid doen of laten verrichten, bestaande die arbeid (onder meer) uit - zakelijk weergegeven - het met (behulp van) een hoogwerker uitvoeren van gevelreinigingswerkzaamheden met een hogedrukspuit, terwijl niet was/werd voldaan aan
- artikel 3 lid 1 van de Arbeidsomstandighedenwet, immers had verdachte niet gezorgd voor de veiligheid en/of de gezondheid van genoemde werknemer, inzake alle met de arbeid verbonden aspecten en daartoe niet een beleid gevoerd dat is gericht op zo goed mogelijke arbeidsomstandigheden en daarbij niet, gelet op de stand van de wetenschap en professionele dienstverlening, de arbeid zodanig heeft georganiseerd dat daarvan geen nadelige invloed uitging op de veiligheid en gezond van genoemde werknemer, aangezien aan [slachtoffer] een afgekeurde hoogwerker ter beschikking was gesteld voor bedoelde arbeid/werkzaamheden en/of die hoogwerker niet was voorzien van outriggers om de hoogwerker te stabiliseren en/of niet was voorzien van een mogelijkheid om de wielen te remmen/te blokkeren en/of niet was voorzien van een nivelleringsbel om de hoogwerker waterpas te zetten en/of die hoogwerker niet conform de door de fabrikant opgestelde gebruikershandleiding (Genie Easy-Up EU-19P AC-DC) was/werd opgesteld en/of gebruikt en/of
- artikel 5 lid 1 van de Arbeidsomstandighedenwet, immers had verdachte bij het voeren van het arbeidsomstandighedenbeleid niet voldaan aan de verplichting schriftelijk in een inventarisatie en evaluatie vast te leggen welke (specifieke) risico’s het werken met (een) hoogwerker(s) met zich brengt/brengen en/of had verdachte bij het voeren van het arbeidsomstandighedenbeleid nagelaten schriftelijk in een inventarisatie en evaluatie vast te leggen welke (specifieke) risico’s het werken met (behulp van) een hoogwerker in combinatie met hogedrukspuit met zich brengen en/of
- artikel 8 lid 1 van de Arbeidsomstandighedenwet, immers had verdachte nagelaten ervoor te zorgen dat genoemde werknemer doeltreffend werd ingelicht over de te verrichten werkzaamheden, te weten - zakelijk weergegeven - het met (behulp van) een hoogwerker reinigen van de gevel met een hogedrukspuit en/of de daaraan verbonden risico’s, alsmede over de maatregelen die erop gericht zijn (waren) deze risico’s te voorkomen of te beperken en/of beschikte genoemde werknemer niet over het voor het bedienen van deze hoogwerker vereiste IPAF Certificaat Categorie 1a en/of
- artikel 8 lid 4 van de Arbeidsomstandighedenwet, immers had verdachte nagelaten toe te zien op de naleving van de instructies en voorschriften gericht op het voorkomen of beperken van de in artikel 8 lid 1 van de Arbeidsomstandighedenwet genoemde risico’s; verdachte had nagelaten erop toe te zien dat het gebruikte arbeidsmiddel (de hoogwerker) op de juiste (voorgeschreven) wijze werd gebruikt en/of
- artikel 7.3 lid 2 Arbeidsomstandighedenbesluit, immers had verdachte een hoogwerker, zijnde een arbeidsmiddel die op die arbeidsplaats ter beschikking werd gesteld, niet uitsluitend gebruikt voor op de wijze en op de plaats waarvoor deze was bestemd, aangezien de door verdachte ter beschikking gestelde hoogwerker – zakelijk weergegeven – niet conform de door de fabrikant opgestelde gebruikershandleiding (Genie Easy-Up EU-19P AC-DC) was/werd opgesteld, waarmee niet werd voorkomen dat het gebruik van dat arbeidsmiddel gevaren voor de veiligheid en gezondheid van die werknemers opleverde en/of
- artikel 7.4 lid 1 en lid 3 van het Arbeidsomstandighedenbesluit, immers bestond het arbeidsmiddel, te weten de hoogwerker, waarmee bedoelde arbeid plaats vond, niet uit deugdelijk materiaal en/of was de hoogwerker niet zodanig geplaatst, bevestigd of ingericht en/of werd niet zodanig gebruikt dat het gevaar dat zich een ongewenste gebeurtenis, zoals omvallen en/of kantelen, voordoet/voordeed zoveel mogelijk werd voorkomen, aangezien bedoelde hoogwerker – zakelijk weergegeven – niet was voorzien van outriggers om de hoogwerker te stabiliseren en/of niet was voorzien van een mogelijkheid om de wielen te remmen / te blokkeren en/of niet was voorzien van een nivelleringsbel om de hoogwerker waterpas te zetten en/of
- artikel 7.4a lid 3 van het Arbeidsomstandighedenbesluit, immers had verdachte nagelaten een arbeidsmiddel, te weten de hoogwerker, dat onderhevig is aan invloeden die leiden tot verslechteringen welke aanleiding kunnen geven tot het ontstaan van gevaarlijke situaties, zo dikwijls dit ter waarborging van de goede staat noodzakelijk is, te keuren,
terwijl daardoor, naar zij wist of redelijkerwijs moest weten, levensgevaar of ernstige schade aan de gezondheid van werknemer [slachtoffer] ontstond of te verwachten was;
2
Zij op of omstreeks 10 februari 2023 te Leidschendam, gemeente Leidschendam-Voorburg, althans in Nederland,
grovelijk, althans aanmerkelijk onvoorzichtig, onachtzaam en of nalatig heeft gehandeld door gevelreinigingswerkzaamheden met een hogedrukspuit te laten verrichten met een hoogwerker door [slachtoffer] terwijl,
- in strijd met de gebruikshandleiding van de hoogwerker (Genie Easy-Up EU-19P AC-DC) geen outriggers aanwezig waren en/of geen mogelijkheid aanwezig was om de wielen te remmen/blokkeren en/of
- genoemde hoogwerker zodanig was opgesteld dat omvallen en/of kantelen niet werd voorkomen aangezien deze niet was voorzien van outriggers om de hoogwerker te stabiliseren en/of de mogelijkheid om de wielen te remmen en/of te blokkeren en/of niet was voorzien van een nivelleringsbel om de hoogwerker waterpas te zetten en/of
- genoemde hoogwerker niet gekeurd was en/of in slechte staat was en/of incompleet was en/of
- aan die [slachtoffer] voor het uitvoeren van die werkzaamheden geen, in elk geval onvoldoende, instructie te geven inhoudende dat bij het verrichten van werkzaamheden in de hoogwerker outriggers gebruikt moeten worden en/of de hoogwerker waterpas gezet moet worden en/of genoemde [slachtoffer] niet beschikte over het vereiste IPAF Certificaat Categorie 1a voor het bedienen van die hoogwerker
- onvoldoende toe te zien dat de hoogwerker tijdens die werkzaamheden op de juiste (voorgeschreven) wijze werd gebruikt,
waardoor het aan haar schuld te wijten is dat dat [slachtoffer] bij het gebruik van die hoogwerker voor die gevelreinigingswerkzaamheden met een hogedrukspuit ten val is gekomen, waardoor [slachtoffer] zodanig letsel, te weten meerdere schedelbreuken en/of bloedingen rondom de hersenen en/of verlies van hersenweefsel door het rechteroor, heeft bekomen dat hij aan de gevolgen daarvan is overleden.