Terzake de mededeling "ORANGE engineering is een onderdeel van de ORANGE
Group" heeft Clafis aangevoerd dat Orange met deze mededeling potentiële opdrachtgevers en werknemers misleidt, door de indruk te wekken dat zij van doen hebben met een ervaren en succesvol bedrijf met veel opdrachtgevers, dat onderdeel is van een internationaal werkende organisatie die uit meerdere bedrijven bestaat. Orange heeft gesteld dat zij onder de holding Surrexit valt, welke holding als alternatieve handelsnaam 'ORANGE Netherlands Group' draagt. Ter onderbouwing van deze stelling heeft Orange een bericht van registratie uit het handelsregister overgelegd. Clafis heeft op haar beurt hiertegen aangevoerd - en Orange heeft niet weersproken - dat deze toevoeging op 11 september 2012 nog niet in het handelsregister stond. Dit roept naar het oordeel van de
voorzieningenrechter vragen op. Vast staat dat er geen aparte, internationale onderneming, genaamd "ORANGE Group", bestaat, maar slechts een holding met een alternatieve handelsnaam 'ORANGE Netherlands Group'. De voorzieningenrechter is met Clafis van oordeel dat de mededeling dat Orange onderdeel is van de "Orange Group", misleidend is.
Deze mededeling suggereert niet dat de onderneming slechts onder een holding met die
handelsnaam valt, maar dat zij onderdeel is van een groep waar meerdere ondernemingen onder vallen, welke groep - gezien de Engelse naam - een internationaal karakter draagt.
Juist het weglaten van de toevoeging 'Netherlands' is daarom relevant. Orange valt niet
onder een internationale groep. Dat er in de praktijk inderdaad sprake is van een groep, is onvoldoende aannemelijk gemaakt door Orange. Zij heeft gesteld dat er meerdere
ondernemingen onder de holding vallen, maar heeft dit onvoldoende onderbouwd, nu
daartoe bijvoorbeeld geen uittreksels uit het handelsregister van die ondernemingen zijn
overgelegd. Zelfs indien er inderdaad er twee andere bedrijven onder de holding vallen, leidt dat nog niet tot de conclusie dat sprake is van internationale groep. [A] heeft enkel gesteld dat Orange internationale ambities heeft en heeft niet (onderbouwd) gesteld dat er thans al sprake is van internationaal gerichte werkzaamheden, terwijl de indruk dat dit laatste het geval is bij een gemiddeld publiek naar het oordeel van de voorzieningenrechter wel wordt gewekt.