Naar het oordeel van de rechtbank heeft [eiseres] niet aan haar stelplicht voldaan. Een schriftelijke overeenkomst is niet overgelegd. Wanneer de gestelde huurovereenkomst met [gedaagde] zou zijn gesloten en hoe die overeenkomst tot stand zou zijn gekomen, voert [eiseres] niet aan. Daarnaast is haar stelling dat een huurovereenkomst is gesloten, door [eiseres] niet (voldoende) onderbouwd.
4.15.1.
[eiseres] heeft, ter onderbouwing van haar stelling dat zij een huurovereenkomst met [gedaagde] heeft gesloten, tekeningen van de ruimtes overgelegd die [gedaagde] volgens [eiseres] zou gaan huren, welke tekeningen zouden zijn opgemaakt volgens de instructies en wensen van [gedaagde] en foto’s die door [gedaagde] zouden zijn aangeleverd van de inrichting volgens de franchiseformule zoals deze in de drie te huren kamers zou moeten worden doorgevoerd. De tekeningen en foto’s kan de rechtbank niet koppelen aan (een deel van) de gestelde huurovereenkomst of aan [gedaagde] . Evenmin blijkt uit de tekeningen dat de ruimtes die [gedaagde] volgens [eiseres] zou gaan huren, zijn ingericht volgens de wensen van [gedaagde] .
4.15.3.
[eiseres] heeft daarnaast geluidsopnames overgelegd. Nog daargelaten dat de geluidsopnames zijn opgenomen op het moment dat volgens [eiseres] tussen partijen al een huurovereenkomst zou zijn gesloten, kan ook in die geluidsopnames geen (voldoende) onderbouwing worden gevonden voor de door [eiseres] gestelde huurovereenkomst.
- In geluidsopname 3 wordt door [persoonsnaam eiseres] met [gedaagde] gesproken over de inrichting van “die meet- en testruimte”. Welke ruimte wordt bedoeld, volgt uit het geluidsfragment niet. Ook als een ruimte in de Zorgboulevaart te Vlissingen is bedoeld, dan kan uit het louter spreken over de inrichting van die ruimte niet worden geconcludeerd dat die ruimte door [gedaagde] privé van [eiseres] zou worden gehuurd. Te meer, nu [gedaagde] onweersproken heeft gesteld dat hij een serviceorganisatie heeft opgericht, Fydee Nederland B.V., door middel waarvan hij aangesloten fysiotherapiepraktijken adviseert aan de hand van actuele ontwikkelingen en kansen. Vaststaat dat [eiseres] één van de praktijken is die bij Fydee Nederland B.V. is aangesloten.
- Ook in geluidsopname 4 wordt over de inrichting van een of meerdere ruimtes gesproken door [persoonsnaam eiseres] en [gedaagde] . Welke ruimtes worden bedoeld, volgt niet uit het fragment, terwijl uit het enkel spreken over de inrichting van ruimtes geen huurovereenkomst tussen [eiseres] en [gedaagde] privé blijkt. Daarnaast wordt in deze geluidsopname door [gedaagde] aan [persoonsnaam eiseres] gevraagd wat “die huur van beide kamers” kost en merkt hij vervolgens op: “In de wilde periode natuurlijk afspraken over gemaakt.” Hierop noemt [persoonsnaam eiseres] “800 per stuk” en merkt hij vervolgens op: “Daar hebben we nog wel wat mailwisseling over gehad toch?” Waarop [gedaagde] zegt: “Ja.” Hoewel uit dit geluidsfragment afgeleid zou kunnen worden dat door [persoonsnaam eiseres] en [gedaagde] gesproken wordt over de huur van twee ruimtes van elk 800 euro, volgt hieruit niet dat deze ruimtes door [gedaagde] privé van [eiseres] zouden worden gehuurd en evenmin dat de huurprijs per ruimte € 800,00 exclusief BTW per maand zou bedragen bij aanvang van de huurovereenkomst.
- Geluidsopname 5 betreft wederom een deel van een gesprek tussen [persoonsnaam eiseres] en [gedaagde] . In dit geluidsfragment stemt [gedaagde] in om “op Vlissingen” te gaan kijken en merkt hij op: “Het doel is dat er uiteindelijk een nieuwe huurder het pand inkomt.” Waarop [persoonsnaam eiseres] opmerkt: “Daar zit ik natuurlijk met een financieel probleem op basis van wat wij hebben afgesproken ... en jij zou afhaken dan heb ik een financieel probleem he.” In dit geluidsfragment zou gehoord kunnen worden dat over de Zorgboulevaart te Vlissingen wordt gesproken; dat de bedoeling is dat een nieuwe huurder voor dat pand wordt gevonden en dat [persoonsnaam eiseres] (namens [eiseres] ?) met [gedaagde] ter zake van dat pand een afspraak heeft gemaakt. Wat de inhoud van die afspraak is, wordt uit de geluidsopname evenwel niet duidelijk.
- In geluidsopname 6 wordt door [gedaagde] met [persoonsnaam eiseres] gesproken over verbouwde en vertimmerde “kamers” en merkt [persoonsnaam eiseres] op dat hij 1 maart er in kan, kan beginnen en zijn spullen er in kan gaan zetten. Hoe hieruit (een deel van) de gestelde huurovereenkomst met [gedaagde] privé kan worden afgeleid, valt zonder nadere toelichting, welke ontbreekt, niet in te zien. Onduidelijk is over welke kamers wordt gesproken, welke datum met 1 maart wordt bedoeld en hoe een en ander in verband kan worden gebracht met [gedaagde] en de door [eiseres] gestelde, door [gedaagde] te huren ruimten in de Zorgboulevaart te Vlissingen.
- Op geluidsopname 7 zijn opnieuw [gedaagde] en [persoonsnaam eiseres] te horen. [gedaagde] merkt in dat gesprek op: “We gaan daar proberen gewoon een winstgevende Krullaards kliniek in te zetten.” Wie hij met “we” bedoelt en welke locatie hij bedoelt met “daar” is uit het geluidsfragment niet af te leiden, terwijl uit ergens “een kliniek inzetten” geen huurovereenkomst kan worden afgeleid tussen [eiseres] en [gedaagde] privé.
- Geluidsopname 8 laat enkel [gedaagde] horen die met “ [naam persoon] ” lijkt te spreken. In de opname zegt [gedaagde] : “Wij hebben afspraken gemaakt dat we samen zouden gaan exploiteren.” Wat [gedaagde] zou gaan exploiteren, met wie, waar en wanneer volgt uit het geluidsfragment niet. Daarnaast kan uit “samen exploiteren” geen huurovereenkomst worden afgeleid tussen [eiseres] en [gedaagde] privé.
- In de laatste overgelegde geluidsopname, geluidsopname 9, zijn opnieuw [persoonsnaam eiseres] en [gedaagde] te horen. [gedaagde] merkt op dat “het niet handig is dat wij samen zo’n Krullaards ding daar doen in het kader van samenwerking.” Hierop reageert [persoonsnaam eiseres] met: “Ik snap het.. daar zit ik nu effe mee want dat is voor mij … ik heb even uitgerekend … wij hadden toen een afspraak van drie ruimtes en zoveel huur maal 12 maanden maal vijf jaar … (lacht) … dat weet ik.” Waarop [gedaagde] reageert met: “Dat is je vertrekpunt, dat snap ik.” Waar [persoonsnaam eiseres] (namens [eiseres] ?) met [gedaagde] een “Krullaards ding” zou “doen”, volgt niet uit het gesprek. Wel zou uit het gesprek kunnen worden opgemaakt dat er een huurovereenkomst is gesloten voor de huur van drie ruimtes voor een periode van vijf jaar. Met wie [persoonsnaam eiseres] (of [eiseres] ?) die huurovereenkomst heeft gesloten en betreffende welke ruimtes, is uit het geluidsfragment evenwel niet af te leiden. Ook deze geluidsopname kan derhalve niet (een deel van) de door [eiseres] gestelde huurovereenkomst worden afgeleid.