Deze beroepsgrond slaagt niet. In het nieuwe bedrijfspand zullen apparaten en installaties worden gebouwd voor de behandeling van water. Het gaat blijkens de toelichting van het bedrijf ter zitting veelal om installaties ter grootte van een zeecontainer. Daarbij worden wel pvc-leidingen gebruikt. Dat betekent dat er weliswaar wordt gewerkt met kunststof onderdelen, maar, blijkens de toelichting van [naam derde-partij] ter zitting is de bewerking van die onderdelen beperkt tot het op maat zagen of snijden van die leidingen en het verwerken van die onderdelen in de machines. Er wordt geen kunststof wordt gesmolten, geperst of op een andere wijze wordt gevormd. Anders dan verzoeker bepleit kan niet worden geconcludeerd, dat sprake is van een kunststofverwerkend bedrijf als bedoeld in de Staat van Bedrijfsactiviteiten.
Het vervaardigen van apparaten en installaties voor de behandeling van water valt onder de vervaardiging van machines en apparaten, zoals bedoeld in de Staat van Bedrijfsactiviteiten.2Omdat de oppervlakte minder is dan 2000 m² heeft het college naar voorlopig oordeel terecht gemeend dat dit onder categorie 3.2 valt.
Het college is bevoegd af te wijken van categorie 3.1 en een omgevingsvergunning te verlenen voor categorie 3.2 voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze, technische voorzieningen of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de in artikel 5.1 onder a genoemde categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten en het geen geluidhinderlijke of risicovolle bedrijven/inrichtingen betreft.3
Gebleken is dat de afstand tussen het bedrijf en de woning van verzoeker aan alle richtafstanden, met uitzondering van die van geluid, voldoet. Het college heeft een geluidsrapport aan zijn besluit ten grondslag gelegd waaruit, naar voorlopig oordeel, voldoende blijkt dat ter plaats van de gevel van verzoeker aan de geluidsnormen wordt voldaan. Daarbij is het college wel uitgegaan van een gemengd gebied en niet, zoals verzoeker wenst, van een rustig woongebied.
Gezien de ligging tegen het bedrijven terrein, aan een straat met (voormalige) agrarische bebouwing en een manage, mocht het college zich op het standpunt stellen dat het hier een gemengd gebied betreft. Daarmee is voldaan aan de voorwaarden voor toepassing van deze afwijkingsbevoegdheid.