zaaknummer / rolnummer: C/02/399298 / HA ZA 22-336
Vonnis van 21 juni 2023
in de zaak van
de publiekrechtelijke rechtspersoon
DE STAAT DER NEDERLANDEN
(Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat),
zetelend te 's-Gravenhage,
eiser,
advocaten mr. R.C.K. van Andel en mr. S. Schuite,
tegen
MR. [gedaagde01]
in zijn hoedanigheid van derde ex artikel 20 Ow voor de heer
[naam01]
, overleden op [datum01] 2008, voorheen wonende te ( [postcode01] ) [plaats01] , [adres01] ,
kantoorhoudende te [plaats02] ,
gedaagde,
advocaat mr. [gedaagde01] te [plaats02] .
Partijen zullen hierna de Staat en mr. [gedaagde01] q.q. worden genoemd.
1
1. De procedure
1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 10 augustus 2022
- het deskundigenrapport van 20 januari 2023
- de akte van de Staat
- de antwoordakte van mr. [gedaagde01] q.q.
- de e-mail van 26 mei 2023 van de Staat met kostenopgaven van de rechtbankdeskundigen.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.
2
De beoordeling
2.1.
Bij eerdergenoemd vonnis van 10 augustus 2022 (hierna: het onteigeningsvonnis) heeft de rechtbank vervroegd de onteigening uitgesproken ten name van de Staat van de onroerende zaken:
- grondplannummer [nummer01] : een deel van 3 m² van het perceel kadastraal bekend [kadastrale aanduiding01] , totaal groot 11.008 m², kadastraal omschreven als “Terrein (natuur)”,
- grondplannummer [nummer02] : een deel van 2.827 m² van het perceel kadastraal bekend [kadastrale aanduiding01] , totaal groot 11.008 m², kadastraal omschreven als “Terrein (natuur)”.
2.2.
In het onteigeningsvonnis is het aan mr. [gedaagde01] q.q. te betalen voorschot op de schadeloosstelling bepaald op € 48.575,00.
2.3.
Het voorschot is uitbetaald en het onteigeningsvonnis is op 14 september 2022 ingeschreven in de openbare registers.
2.4.
Partijen hebben overeenstemming bereikt over de hoogte van de schadeloosstelling. Zij volgen hierin het definitieve advies van de deskundigen van 20 januari 2023. De Staat heeft aangeboden aan mr. [gedaagde01] q.q. een (totaal)bedrag van
€ 55.900,00 te voldoen.
Mr. [gedaagde01] q.q. aanvaardt dit door de Staat ter zake van de schadeloosstelling aangeboden bedrag. De rechtbank zal het bedrag van de te dezer zake door de Staat aan mr. [gedaagde01] q.q. verschuldigde schadeloosstelling vaststellen op € 55.900,00 en de Staat veroordelen tot betaling van dit bedrag, met aftrek van het reeds betaalde voorschot.
2.5.
Partijen hebben tevens overeenstemming bereikt over de kosten van juridische en deskundige bijstand. De Staat heeft aangeboden hiervoor een bedrag te betalen van
€ 23.683,37. Mr. [gedaagde01] q.q. heeft dit aanbod aanvaard. De Staat zal worden veroordeeld tot betaling van dit bedrag.
2.6.
De kosten van de door de rechtbank benoemde deskundigen bedragen volgens hun opgave aan de Staat in totaal € 10.219,75 (incl. btw). De Staat stelt deze kosten inmiddels te hebben voldaan. Nu de Staat in het kader van de minnelijke regeling heeft verzocht een veroordeling tot betaling van de kosten van de rechtbankdeskundigen op te nemen in het vonnis zal dienovereenkomstig worden beslist.
3
De beslissing
De rechtbank
3.1.
stelt het bedrag van de te dezer zake door de Staat aan mr. [gedaagde01] q.q. verschuldigde schadeloosstelling vast op € 55.900,00,
3.2.
veroordeelt de Staat om aan mr. [gedaagde01] q.q. het bedrag te betalen waarmee de totale schadeloosstelling het totale voorschot te boven gaat en mitsdien tot betaling van een bedrag van € 7.325,00,
3.3. wijst aan als nieuwsblad waarin door de griffier van deze rechtbank dit vonnis bij uittreksel zal worden geplaatst: BN De Stem,
3.4.
veroordeelt de Staat in de kosten van het geding, tot aan deze uitspraak aan de zijde van mr. [gedaagde01] q.q. begroot op € 14.048,72 (incl. btw en griffierechten) ter zake van kosten van juridische bijstand en € 9.634,65 (incl. btw) ter zake van kosten van overige deskundige bijstand,
3.5.
veroordeelt de Staat tevens in de kosten van de door de rechtbank benoemde deskundigen, vastgesteld op een totaalbedrag van € 10.219,75 (incl. btw),
3.6.
verklaart dit vonnis voor wat de veroordelingen tot betaling betreft, uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. Van der Lende-Mulder Smit, mr. Kool en mr. Van den Boom en in het openbaar uitgesproken op 21 juni 2023.
De gegevens worden opgehaald
Hulp bij zoeken
Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over: