Uitspraken

Een deel van alle rechterlijke uitspraken wordt gepubliceerd op rechtspraak.nl. Dit gebeurt gepseudonimiseerd.

Deze uitspraak is gepseudonimiseerd volgens de pseudonimiseringsrichtlijn

ECLI:NL:RBZWB:2023:6093

Rechtbank Zeeland-West-Brabant
30-08-2023
05-09-2023
AWB-23_3765
Bestuursrecht
Voorlopige voorziening

WABOA

Rechtspraak.nl

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats Breda

Bestuursrecht

zaaknummer: BRE 23/3765


uitspraak van de voorzieningenrechter van 30 augustus 2023 in de zaak tussen


[Eiser] , uit [Woonplaats] , verzoeker,

(gemachtigde: mr. drs. C.R. Jansen),

en

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Halderberge

(gemachtigde: mr. E.P. Euverman).

Als vergunninghoudster heeft deelgenomen:

De gemeente Halderberge, te [Woonplaats] .

Inleiding

Verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van 12 juni 2023 (bestreden besluit) over het verlenen van een omgevingsvergunning voor het aanpassen van de gevels van het gemeentelijk monument ( [gebouw] ) aan het [adres 2] in [Woonplaats] . Daarnaast heeft verzoeker de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 23 augustus 2023 op zitting behandeld. Verzoeker was daar samen met zijn gemachtigde bij aanwezig. Het college werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde. Namens vergunninghoudster was [Naam vergunninghoudster] aanwezig.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

1. De voorzieningenrechter zal het verzoek afwijzen. Hierna legt de voorzieningenrechter uit hoe zij tot dit oordeel is gekomen en welke gevolgen dit oordeel heeft. Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en bindt de rechtbank in een (eventueel) bodemgeding niet.

2. Wat zijn de feiten?

De gemeente Halderberge is voornemens om het gebied aan en rondom het [adres 2] te [Woonplaats] te herontwikkelen. Het [gebouw] aan het [adres 2] 10 wordt intern verbouwd tot woningen met culturele mogelijkheden. De naastgelegen [vleugel] aan het [adres 2] 4a wordt daarvoor gesloopt. De muziekschool aan het [adres 2] 5 wordt ook gesloopt ten behoeve van het realiseren van woningen.

Op 14 november 2022 heeft vergunninghoudster een omgevingsvergunning aangevraagd voor het aanpassen van de gevels van het [gebouw] . Bij bestreden besluit heeft het college die aangevraagde omgevingsvergunning verleend.


Verzoeker heeft daar bij brief van 14 juli 2023 bezwaar tegen gemaakt en heeft de voorzieningenrechter op 19 juli 2023 verzocht om een voorlopige voorziening.

3. Wat heeft het college besloten?

3.1

De voorzieningenrechter stelt vast dat het college een omgevingsvergunning heeft verleend voor het wijzigen van de gevels van het [gebouw] aan het [adres 2] 10 te [Woonplaats] . Het [gebouw] is door het college aangemerkt als een gemeentelijk monument en staat daarom vermeld op de gemeentelijke monumentenlijst.1 Vergunninghoudster is voornemens om de [vleugel] aan het [adres 2] 4a te [Woonplaats] te slopen. De sloop van de [vleugel] is volgens vergunninghoudster op korte termijn nodig, zodat de bouwwerkzaamheden aan de kapel aan het [adres 2] op korte termijn uitgevoerd kunnen worden. Voor die bouwwerkzaamheden is een omgevingsvergunning verleend die inmiddels onherroepelijk is. De te slopen en niet monumentale [vleugel] maakt geen onderdeel uit van het [gebouw] . De [vleugel] is wel met één zijde op twee punten van het [gebouw] aangebouwd, aan de ene kant aan het [gebouw] zelf en aan de andere kant aan de kapel. Er zijn ook doorgangen aangebracht tussen de [vleugel] en het [gebouw] . Ter zitting is gebleken dat de omgevingsvergunning ziet op het dichtmaken en herstellen van de gevels van het [gebouw] en de kapel, nadat de [vleugel] is gesloopt. Uit de bouwtekeningen die zijn opgenomen in de sloopnotitie van H4D Raadgevend Ingenieurs B.V. van 1 mei 2023 blijkt dat de gevels worden afgesloten met een vloerdragende kalkzandsteen wand en dat deze worden geplaatst op stalen liggers.

3.2

De voorzieningenrechter stelt vast dat de omgevingsvergunning (het bestreden besluit) gelet op het voorgaande betrekking heeft op het bouwen van een bouwwerk2 als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en het wijzigen van een gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, onder 1, van de Wabo in samenhang met artikel 14, eerste lid, onder a, van de Erfgoedverordening Halderberge3. Het bestreden besluit heeft geen betrekking op het slopen van de [vleugel] .

4. Welke gronden heeft verzoeker aangevoerd?

Verzoeker heeft verzocht om een voorlopige voorziening, omdat hij wil voorkomen dat in september 2023 een begin wordt gemaakt aan de sloopwerkzaamheden. Hij woont en heeft twee bedrijven in de directe omgeving van het pand (aan het [adres 3] en ter hoogte van [adres 3] te [Woonplaats] ) waar de (sloop)werkzaamheden zullen plaatsvinden en hij vreest onevenredige gevolgen van deze (sloop)werkzaamheden in de vorm van trillings-, geluids-, water-, parkeer- en stofhinder. De bedrijfsvoering zal ook ernstig worden gehinderd, omdat als gevolg van de werkzaamheden geen goederen kunnen worden aangeleverd of door klanten opgehaald.

5. Is verzoeker belanghebbende?

5.1

Verweerder stelt zich op het standpunt dat het bezwaarschrift van verzoeker niet-ontvankelijk moet worden verklaard, omdat verzoeker geen belanghebbende is bij het bestreden besluit.

5.2

Onder belanghebbende wordt op grond van artikel 1:2, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken. Om als belanghebbende bij een besluit in de zin van de Awb te kunnen worden aangemerkt, dient een natuurlijk persoon een voldoende objectief en actueel, eigen en persoonlijk belang te hebben dat hem in voldoende mate onderscheidt van anderen en dat rechtstreeks wordt geraakt door het bestreden besluit. In vaste jurisprudentie van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (hierna: ABRvS)4 wordt als uitgangspunt gehanteerd: degene die rechtstreeks feitelijke gevolgen ondervindt van een omgevingsrechtelijke activiteit die een besluit toestaat, is in beginsel belanghebbende bij dat besluit. Het criterium ‘gevolgen van enige betekenis’ dient als correctie op dit uitgangspunt. Gevolgen van enige betekenis ontbreken indien de gevolgen wel zijn vast te stellen, maar de gevolgen van de activiteit voor de woon, leef-, of bedrijfssituatie van betrokkene dermate gering zijn dat een persoonlijk belang bij het besluit ontbreekt. Daarbij wordt acht geslagen op de factoren afstand tot, zicht op, planologische uitstraling van en milieugevolgen (o.a. geur, geluid, licht, trilling, emissie, risico) van de activiteit die het besluit toestaat, waarbij die factoren zo nodig in onderlinge samenhang worden bezien. Ook aard, intensiteit en frequentie van de feitelijke gevolgen kunnen van belang zijn.

5.3

Naar het oordeel van de voorzieningenrechter kan verzoeker niet worden aangemerkt als belanghebbende bij het bestreden besluit. In rechtsoverweging 2 heeft de voorzieningenrechter vastgesteld dat de omgevingsvergunning alleen betrekking heeft op het dichtmaken van de gevels en het herstellen van de gevels van het [gebouw] en dat de omgevingsvergunning geen betrekking heeft op het slopen van de [vleugel] . Tussen de woning van verzoeker en de gevels ligt een afstand van ongeveer 100 meter. Tussen de bedrijfslocatie ter hoogte van [adres 3] en de gevels ligt een afstand van ongeveer 50 meter. Verzoeker heeft vanuit zijn woning ook geen zicht op de gevels, waaraan de werkzaamheden plaatsvinden, omdat de muziekschool aan het [adres 2] 5 tussen de woning van verzoeker en de gevels is gelegen. Ook vanuit de bedrijfsruimte ter hoogte van [adres 3] heeft hij geen zicht op de gevels, omdat het overige deel van het [gebouw] daartussen is gelegen. Gelet op die afstanden en het ontbreken van dat zicht acht de voorzieningenrechter niet aannemelijk dat verzoeker gevolgen van enige betekenis zal ervaren van het dichtmaken en herstellen van de gevels. Ter zitting heeft verzoeker ook desgevraagd bevestigd dat hij van die werkzaamheden geen hinder zal ondervinden.

6. Wat is de conclusie?

Gelet op het voorgaande is de verwachting dat verweerder het bezwaar van verzoeker niet-ontvankelijk zal verklaren. De voorzieningenrechter ziet daarom geen aanleiding voor het treffen van een voorlopige voorziening en zal dat verzoek afwijzen. Voor een proceskostenvergoeding bestaat daarom geen aanleiding.

De beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.

Deze uitspraak is gedaan door [rechter] , rechter, in aanwezigheid van [griffier] , griffier, op 30 augustus 2023 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.

griffier

voorzieningenrechter

Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Wettelijk kader

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

Artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo

Het is verboden zonder omgevingsvergunning een project uit te voeren, voor zover dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit het bouwen van een bouwwerk.

Artikel 2.2, eerste lid, onder b, onder 1, van de Wabo

Voor zover ingevolge een bepaling in een provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist om een monument als bedoeld in een zodanige verordening te slopen, te verstoren, te verplaatsen of in enig opzicht te wijzigen, geldt een zodanige bepaling als een verbod om een project voor zover dat geheel of gedeeltelijk uit die activiteiten bestaat, uit te voeren zonder omgevingsvergunning.


Erfgoedverordening Halderberge

Artikel 14, eerste lid, onder a, van de Erfgoedverordening
Het is verboden zonder omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders een gemeentelijk monument te slopen, te verstoren, te verplaatsen of in enig opzicht te wijzigen.

1 Artikel 5, eerste lid, van de Erfgoedverordening Halderberge.

2 Artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

3 Artikel 2.2, eerste lid, onder b, onder 1, van de Wabo in samenhang met artikel 14, eerste lid, onder a, van de Erfgoedverordening Halderberge.

4 ABRvS 18 mei 2022, ECLI:NL:RVS:2022:1434, r.o. 11.

De gegevens worden opgehaald

Hulp bij zoeken

Er is een uitgebreide handleiding beschikbaar voor het zoeken naar uitspraken, met onder andere uitleg over:

Selectiecriteria

De Rechtspraak, Hoge Raad der Nederlanden en Raad van State publiceren uitspraken op basis van selectiecriteria:

  • Uitspraken zaken meervoudige kamers
  • Uitspraken Hoge Raad en appelcolleges
  • Uitspraken met media-aandacht
  • Uitspraken in strafzaken
  • Europees recht
  • Richtinggevende uitspraken
  • Wraking

Weekoverzicht

Selecteer een week en bekijk welke uitspraken er in die week aan het uitsprakenregister zijn toegevoegd.