RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
parketnummer: 02/156727-21
vonnis van de meervoudige kamer van 9 februari 2023
[verdachte]
geboren op [geboortedag] 1975 te [geboorteplaats]
wonende te [woonadres]
raadsman mr. R.B. Milo, advocaat te Tilburg
1 Onderzoek van de zaak
De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 26 januari 2023, waarbij de officier van justitie, mr. P.W.P. Emmen, en de verdediging hun standpunten kenbaar hebben gemaakt.
5 De strafbaarheid
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Dit levert het in de beslissing genoemde strafbare feit op.
Verdachte is strafbaar, omdat niet is gebleken van een omstandigheid die zijn strafbaarheid uitsluit.
9 De beslissing
De rechtbank:
- spreekt verdachte vrij van het onder 2 tenlastegelegde feit;
- verklaart het tenlastegelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 4.4 is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
feit 1: medeplegen van het opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod
- verklaart verdachte strafbaar;
- bepaalt dat geen straf of maatregel wordt opgelegd;
- verklaart onttrokken aan het verkeer de inbeslaggenomen voorwerpen, te weten:
* 22.165 gram hasj uit de loods [nummer] .
*71.186 gram hennep uit de loods [nummer] .
* 29.325 voorgedraaide joints uit de loods [nummer] .
Dit vonnis is gewezen door mr. E.G.F. Vliegenberg, voorzitter, mr. M.H.M. Collombon en mr. A.L. Hoekstra, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R.M. Heitzman, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 9 februari 2023.